Armeluisvoedsel, wat een rijkdom
Ik heb de afgelopen feestdagen vooral gegeten wat ik dit jaar geoogst had van het land. Het leuke hieraan vind ik dat ik even flink creatief moet zijn. Per slot van rekening wil je voor je gasten en jezelf wel iets lekkers op tafel zetten. En het moet er wél feestelijk uitzien, ook al zijn het alledaagse ingrediënten. Zo maakte ik “Crunchy puddinkjes” als dessert, Kerstkoekjes van Westerwoldse haver-, boekweit- en kastanjemeel, Spekdikken met gedroogde yaconwortel, een zoet-zuur van Mashua, een kleurige traybake met schorseneren, rode bieten, aardperen en pastinaken. Eigenlijk moet ik zeggen ‘reuzen pastinaken’, nog nooit zulke grote in de tuin gehad!
Een kort verhaaltje over het gerecht, is een must vind ik. Zo krijgt eten weer een gezicht: je vertelt over jouw receptinspiratie, over degene die het heeft geteeld, van wie je het hebt gekocht of over het verwerkingsproces. Bij het vertellen van mijn verhaaltjes viel het me op hoe vaak ik het woord ‘armeluisvoedsel’ in de mond nam. En bedacht ik wat voor enorme rijkdom deze kunnen schenken: voor de gezondheid van de mens en de broodnodige variatie op het land.
Zeven armeluis voedingsmiddelen
- Boekweit. Door de grauwe kleur was het iets voor arme mensen. Rijke mensen aten helderwitte bloem. Grauw brood verraadde dus eigenlijk je afkomst.
- Schorseneren. De armeluisasperge voor wie zich geen echte kon veroorloven. Het had bovendien ook nog eens de bijnaam 'keukenmeiden verdriet' omdat je zulke zwarte handen van het melksap krijgt bij het schillen. Gelukkig werd deze vergeten groente door het bekende liedje van Drs. P weer een beetje uit de vergetelheid gehaald.
- Pastinaken en aardperen. Zowel de pastinaak als de aardpeer is eeuwenlang belangrijk voedsel geweest. Tot de aardappel kwam en beiden eigenlijk inferieur aan de aardappel werden gezien. En de suikerbieten en wortelen: toen er nog geen suikerbieten geteeld werden werd er suiker uit de pastinaak gewonnen. Toen de peen in opkomst kwam raakte de pastinaak in de vergetelheid. Zie dit artikel over de geschiedenis en teelt ervan.
- Knol-capucijn (Mashua) De voedzame knol (familie van de Oost Indische Kers) uit Zuid-Amerika die door de arme, inheemse bevolking wordt gegeten) Omdat het zo’n affiniteit had met armoede is het nooit echt op commerciële schaal geteeld. Zie dit informatieve artikel (ook over de teeltwijze) over deze knol.
- Tamme kastanje. De bijnaam van de tamme kastanje ‘graan uit de bomen’ zegt al iets over hoe er vroeger over gedacht werd: rijke mensen aten echt graan, arme mensen moesten kastanjes rapen en daar, bij gebrek aan beter, brood van zien te bakken. Zie ook mijn artikel over de tamme kastanje.
- Rogge. Tarwe en mais, dat was het nieuwe 'goud'. Zodra de maïsteelt na de 2-de Wereldoorlog omhoog schoot, denderde de teelt van oude granen als rogge, haver en boekweit naar beneden. Maar eigenlijk al ver daarvoor: " Eeuwenlang was brood het basisvoedsel voor de mens. Pas in de tweede helft van de 18-de eeuw werd de behoefte aan graan gehalveerd door de opkomst van de aardappel. Tarwebrood werd in die tijd alleen gegeten door rijke mensen. Het brood voor de armen werd gemaakt van haver-, gerst- en roggemeel". (citaat uit Compendium van de rituele planten in Europa)
- Peulvruchten/bonen. Ook dit is algemeen bekend: bonen waren kennelijk zo inferieur dat Bartje zei dat ie er niet voor wilde bidden. Bonen en peulvruchten waren het armeluis eiwit voor mensen die zich geen dierlijk eiwit konden permitteren. Gelukkig zien we ook hier een kentering: ze worden weer verbouwd voor zowel mens als dier in Nederland. Denk je eens in hoeveel oerwouden dat scheelt als we geen soja meer aanslepen waar oerwouden voor ontbost worden en inderdaad veel minder dierlijk eiwit gaan eten. Dan wordt het leven een stuk 'rijker' voor alles wat leeft op deze planeet. Ook voor het bodemleven: peulvruchten zijn natuurlijke stikstofbinders. Nu wordt stikstof toegevoegd via kunstmest met veel nadelige gevolgen voor het bodemleven.
in Overigens andersom kon ook: eten dat wij nu als 'luxe' ervaren zoals zalm werd in de Middeleeuwen juist gezien als teken van armoede. Zo kon een dienstmeid in haar arbeidscontract weigeren dat ze meer dan 2x per week zalm te eten kreeg. En stonden krab en kreeft in de Middeleeuwen zeer laag in aanzien: ze werden zelfs geassocieerd met slonzigheid, onbetrouwbaarheid en ontrouw. (bron: Eetpatronen/ Lucas Reijnders)
De vele voordelen van armeluisvoedsel.
Wat we verguizen en verheerlijken is vaak tijdgebonden. Wat zijn er veel voedingsmiddelen die we in het ene tijdperk bejubelen en in het andere verguizen. Zie ook mijn artikel over 'Granen verguisd en bejubeld' en 'Melk'. Het oordeel wordt vaak geveld omdat we slechts een of een paar aspecten meenemen. Er wordt, naar mijn bescheiden mening, vaak vergeten dat een voedingsmiddel op zich niet enkel schadelijk of gezond kan zijn. Het hangt van veel factoren af, zoals de teeltwijze/of de manier waarop het dier gehouden is, de hoeveelheid die je er van eet, de verwerking ervan maar ook van de bereidingswijze. Van het meest gezonde voedingsmiddel kun je in je pan helaas toch een heel ongezond maaltje maken (zie bijvoorbeeld mijn artikel over AGEs) Bovendien is onze spijsvertering van zeer groot belang. Wat ‘bakt’ die ervan, als het gaat om de vertering? "Niet wat je eet, maar wat je verteert komt je ten goede' is een eeuwenoude wijsheid. En dan speelt nog dat gezondheid zeker niet alleen van eten afhankelijk is: beweging, ontspanning, slaap en sociale contacten zijn allen net zulke belangrijke pijlers. Dus hoe zouden we één voedingsmiddelen dan kunnen verheerlijken of verguizen? En wat mij bijzonder fascineert aan het armeluisvoedsel: het zijn heel vaak voedingsmiddelen die de BASIS onder onze spijsvertering en TOTALE gezondheid een grote dienst kunnen bewijzen.
Met andere woorden: wat spijtig dat we de fantastische eigenschappen van bovenstaand armeluisvoedsel nauwelijks meer een plekje geven in ons voedingspatroon. Wat zou het fantastisch zijn als we bij onze voedselkeuzes rekening gaan houden met de gezondheid van de bodem, de bijen, de natuur, het milieu, onze eigen (darm)gezondheid en die van ons nageslacht. Wat ik zelf altijd hoopvol vind, en dat klinkt wellicht ietwat egoïstisch: als je gaat voor jouw eigen gezondheid dan ga je automatisch zo eten dat het ook gezond is voor de bodem, je darmen, de natuur en het milieu. En eet je zelfs direct voor mooiere landschappen: onze gezondheid is namelijk gebaat bij onbewerkt, onbespoten en vooral divers voedsel. Stel je eens voor hoe het landschap eruit zou zien als wij weer diversiteit op ons bord wensen. Ik zie het helemaal voor me: mooie kleinschalige landschappen met een enorme diversiteit aan voedingsmiddelen van zowel oude granen, peulvruchten, noten, zonnebloemen (ik ben nog steeds aan het nagenieten van de teelt van onze zonnebloemen op het land afgelopen jaar)
Bovengenoemde armeluisvoedingsmiddelen hebben allemaal naast door hun hierboven genoemde meerwaarden grote impact op de gezondheid, ook omdat ze veelal zonder kunstmest & bestrijdingsmiddelen geteeld (kunnen) worden. Je leest hier meer over in de drie drieluiken die ik over het onderwerp 'de bodem & onze gezondheid' schreef:
De specifieke voordelen van deze zes voedingsmiddelen
1. Boekweit.
Door de enorme overload aan tarwegluten (ook vaak toegevoegd als bulkmiddel in kant-en-klaar voedsel) is een glutenvrij pseudograan als boekweit voor iedereen een aanwinst. Zoveel gluten uit eenzelfde voedingsmiddel is simpelweg voor niemands darmgezondheid aan te bevelen. Bovendien is een overmaat aan tarwe ook niet bevorderlijk voor onze bloedsuikerspiegel. En ook daarin geeft boekweit dan weer een mooie oplossing: het heeft zeer weinig effect op onze bloedsuikerspiegel. Lees verder in mijn artikel over boekweit.
2. Schorseneren.
Niets mooier vind ik om van die lange, rechte schorseneren te oogsten. Altijd direct een mooie indicatie ook hoe het met de bodemgezondheid gesteld is: als de bodem niet los genoeg is krijgen ze allerlei vertakkingen en wordt het schillen nog lastiger. Schorseneren (ook trouwens zeer goedkoop als conserven te koop in de supermarkt) zijn prachtige voedingsmiddelen voor je darmgezondheid. Ze bevatten inuline: een van de basisvezels voor je darmgezondheid. Ook voor de gezondheid van je brein overigens: het is dé vezel die Lactobacillen en Bifidobacteriën in je darmen van voedsel moeten voorzien. Lees verder het artikel "Psychobiotische bacteriestammen'. Zie ook mijn mijn tabel over vezels en de specifieke werking van inuline op je gezondheid.
3. Pastinaken en aardperen.
Wat voor schorseneren geldt, geldt eigenlijk ook voor pastinaken en aardperen. Ook deze bevatten de prebiotische stof inuline. Inuline heeft trouwens, naast zijn gunstige effect op onze darmgezondheid nog een belangrijk gezondheidseffect: het draagt bij aan stabilisering van onze bloedsuikerspiegel. Dat we per week zo'n 1200 nieuwe diabeten erbij krijgen heeft in elk geval een duidelijke link met ons voedingspatroon met zoveel snelle koolhydraten. Zie verder mijn artikel "Koolhydraten, ze kunnen je maken of breken". De laatste jaren zijn veel mensen door de 'Low Carb" hype heel veel waardevolle & vezelrijke granen, groenten en peulvruchten gaan mijden. En dat kan grote consequenties hebben voor je darmgezondheid.
4. Knol-capucijn (Mashua)
Het gros van de mensen met een chronische aandoening heeft last van een zogenaamde laaggradige ontsteking. Knolcapcijn beschikt mogelijk over anti-ontstekingsactiviteit.(111) Ook wordt onderzocht of het een bijdrage kan leveren aan het tegengaan van prostaatvergroting en neuro-degeneratieve ziekten (xxxx)
5. Tamme kastanje.
Ons huidige suikergebruik is hoog: wekelijks eet een volwassen (gemiddelde) Nederlander 99 suikerklontjes. Niet alleen een ramp voor ons gewicht en onze bloedsuikerspiegel maar vooral ook voor onze darmbacteriën. Zij kunnen niet tegen de grote hoeveelheden suiker in ons voedsel: er ontstaat dan een disbalans in je darmen. Het mooie van tamme kastanje is: het bevat resistent zetmeel: supervoedsel voor darmbacteriën. En je maakt koekjes etc. heerlijk zoet met tamme kastanjemeel zodat je bijna geen suiker hoeft gebruiken. Zie ook mijn artikel over de tamme kastanje.
6. Rogge.
Ik ben dol op rogge. Zowel op het land als op mijn bord. Wat een machtig majestueus gewas vind ik het (zie ook foto bovenaan dit artikel) Rogge bevat, net als haver en gerst, zogenaamde bèta glucanen. Vezels die een bijdrage leveren aan ons immuunsysteem (dat voor 80% in onze darmen zetelt) en aan gezonde cholesterolwaarden. Door rogge ook weer een onderdeel te laten zijn van ons voedingspatroon wordt het ook gemakkelijker om aan onze benodigde 30-40 gram vezels per dag te komen. Zie verder mijn artikel over rogge. Bovendien bevat rogge het essentiële suiker arabinogalactaan, zie voor de werking ervan deze tabel.
7. Peulvruchten/bonen
Zouden we deze toch weer eens onbespoten op ons menu zetten. Wat een waardevolle aanvulling van fyto-oestrogenen en hormoon ondersteunende stoffen zou dat zijn. En wat een waardevolle vezels en essentiële suikers zouden we op die manier weer eten. Veel mensen klagen erover dat ze van peulvruchten opgeblazen en winderig worden. Daarvoor heb ik 5 tips:
- begin met linzen (die zijn makkelijker te verteren),
- begin met hele kleine hoeveelheden per dag,
- gebruik kruiden als dragon of bonenkruid om de verteerbaarheid te verbeteren.
- zorg voor een goede week- en kooktijd (dat bepaalt voor een groot deel de verteerbaarheid) en schep alle schuim er steeds af
- ga met je darmgezondheid aan de slag: het niet kunnen verteren van ui, knoflook, prei, aardperen, schorseneren, pastinaken, peulvruchten etc. betekent in heel veel gevallen dat je dan de 'goede darmbacteriën' mist die deze voedingsmiddelen moeten omzetten. Het is dus eigenlijk een signaal dat je dringend met je darmgezondheid aan de slag zou moeten. Zie verder mijn artikel "Goed gastheer zijn voor je darmbacteriën".
Zo gemakkelijk ga je ze weer eten.
Over de auteur van dit artikel
Rineke is opgeleid als natuurgeneeskundig- en orthomoleculair therapeut. Ruim 15 jaar lang heeft ze mensen met chronische klachten begeleid in haar praktijk op het gebied van voeding en leefstijl. Inmiddels richt ze zich volledig op het inspireren van mensen om te kiezen voor onbewerkt, gezond, duurzaam en divers voedsel via haar boeken, lezingen, platforms, magazines en trainingen. Omdat het voor veel mensen moeilijk bleek om gezond eten in de praktijk te brengen, begon ze in 2011 boeken te schrijven.
- Weten van (h)eerlijk eten 1
- Weten van (h)eerlijk eten deel 2
- Alles draait om je Hormonen
- Op weg naar meer energie
- Je Brein vitaal - met elke hap een gezonde stap
- Mooi Eten
- Mooi Eten/Mooi Leven
(H)eerlijke recepten plus uitgebreide achtergrondinformatie om je gezondheid positief te beïnvloeden, vormen in alles wat ze schrijft de rode draad. Het geld van haar bestsellers investeert ze grotendeels in hun biodiversiteitsproject Heerlijk Westerwolds Land. Door een boek te kopen of cadeau te geven ondersteun je niet alleen haar gedachtengoed maar maak je het ook mogelijk dat Rineke volledig onafhankelijk van subsidies, adverteerders of financiers haar jarenlange kennis gratis kan blijven delen.